Minimumloon naar €14, meer geld voor OV en hardheden uit de sociale zekerheid. GroenLinks-PvdA en ChristenUnie slaan de handen ineen om de bestaanszekerheid in Nederland te verhogen.
De partijen willen structureel de bodem omhoogtrekken zodat minder mensen in armoede terechtkomen. Het minimumloon gaat naar 14 euro in 2024, met koppeling van uitkeringen en AOW. Daarnaast wordt de verschraling en de prijsstijging in het OV gestopt en wordt door afbouw van de verstikkende regels in de sociale zekerheid meer vertrouwen teruggegeven aan burgers. De partijen willen met het pakket ruim 2,3 miljard wijzigingen op de begroting en nodigen andere partijen uit om mee te doen, om niet pas ná de verkiezingen maar nú al een stap te zetten.
Tekst gaat verder onder de afbeelding
Jesse Klaver (GroenLinks-PvdA): “Er gloort een nieuwe sociale meerderheid in het parlement. Een meerderheid die zich niet laten vangen in de traditionele scheidslijn tussen links en rechts. Een meerderheid die de bestaanszekerheid echt wil aanpakken en het vertrouwen in de samenleving wil terugbrengen. De Tweede Kamer moet nu daadkracht tonen en niet alleen praten over bestaanszekerheid, maar concreet regelen dat we daar iets aan doen.”
Mirjam Bikker (ChristenUnie): “Als we willen bouwen aan zorgzame gemeenschappen, dan vraagt dat om een betere verbinding. En dat is ook heel letterlijk. Als we niks doen rijden er steeds minder bussen en moet je ook nog eens meer betalen. Zo verschraalt het samenleven. Terug naar de samenleving. Het tijdperk van doorgeslagen efficiëntie, van het liberale marktdenken is voorbij. En het is nu de tijd om de omwenteling te maken. Dat doet de ChristenUnie graag met alle partijen die daar stappen in willen zetten. En vandaag daarom dit concrete plan met GroenLinks-PvdA en de uitnodiging om mee te doen.
Tijd voor de samenleving vraagt ook om vertrouwen, vertrouwen in burgers. Dat moet het uitgangspunt zijn van de wetten die we maken. Met ruimte voor genade, ruimte voor een tweede kans. En we zetten vandaag een eerste stap om rust te krijgen in het huishoudboekje.”
Het pakket bestaanszekerheid bestaat uit drie onderdelen:
-
1. Een zeker inkomen
Van je loon moet je kunnen rondkomen. Het minimumloon gaat in 2024 naar € 14.
De uitkeringen en AOW stijgen mee. -
2. Bereikbaarheid in heel Nederland
Sinds de coronacrisis kampt het regionale openbaar vervoer met financiële problemen. De partijen investeren in het regionale OV om buslijnen overeind te houden. Daarnaast maken we de prijsstijgingen in 2024 van 11,7% voor het regionale OV en 7,3% voor de NS ongedaan. Bikker: “Wij investeren in betaalbare bereikbaarheid door ons hele land. Want als je het ziekenhuis, school of de winkel niet kunt bereiken of betalen dan verkruimelt de gemeenschap.”
-
3. Van wantrouwen naar vertrouwen
Als de overheid mensen met vertrouwen benadert, dan krijgt ook het vertrouwen in de overheid kans om te groeien. Het wantrouwen in de sociale zekerheid wordt afgebouwd en de regels worden menselijker. Het gaat om onder meer de volgende maatregelen:
- Vier weken wachttijd voor jongeren die in de bijstand komen verdwijnt
- Mensen die hun zorgverzekering niet kunnen betalen krijgen hulp in plaats van een boete
- De kostendelersnorm wordt versoepeld. Mensen in een huishouden met meer dan twee personen worden niet extra gekort op hun uitkering.
- De tegenprestatie in de participatiewet verdwijnt. Het is goed als mensen worden geholpen met het zoeken naar werk, maar verplicht papier prikken werkt juist averechts.
Klaver: “Sociale wetgeving gaat te veel uit van wantrouwen richting burgers. Wij maken vertrouwen weer het uitgangspunt en halen de hardheden uit de sociale zekerheid. Want als de politiek het vertrouwen weer wil herstellen, dan moet ze eerst vertrouwen geven”.
Het pakket van de partijen kost ongeveer 2,3 miljard. De partijen hebben een volledig dekkingsvoorstel dat onder meer bestaat uit onder meer het verhogen van de bankenbelasting, het belasten van de inkoop van eigen aandelen en een iets hogere winstbelasting voor grote bedrijven.
